10 inkoopcliché’s en hoe we ze écht kunnen waarmaken

Vandaag is het ‘de dag van het cliché’. Wie meedraait in het inkoopvak hoort ze overal: die zinnen die lekker klinken en richting geven aan professioneel opdrachtgeverschap, maar ze komen pas tot hun recht als we ze invullen met concreet gedrag. Deze dag geeft ons dé gelegenheid om tien inkoopclichés tegen het licht te houden en te kijken hoe we ze kunnen vullen met echte inhoud.

1. “We betrekken de markt vroegtijdig”

Een veelgehoorde ambitie die zeker terecht is, want de markt vroeg betrekken leidt tot betere vraagstelling, realistischere eisen en meer innovatie. Maar vroegtijdig betekent méér dan een marktsessie of kennisbijeenkomst. Het vraagt om echte dialoog: luisteren, terugkoppelen en vertalen naar een betere aanbesteding. Met een goed plan voor marktconsultatie, duidelijke vragen en transparante verslaglegging wordt vroegtijdige betrokkenheid een krachtige vorm van samenwerking in plaats van een formaliteit.

2. “We gunnen op kwaliteit, niet op prijs”

Deze uitspraak raakt de kern van professioneel inkopen: de beste prijs-kwaliteitverhouding. Toch blijkt in de praktijk dat prijs vaak nog de doorslag geeft. Wie écht op waarde wil gunnen, vertaalt organisatiedoelen naar concrete en toetsbare criteria. Denk aan CO₂-reductie, onderhoudsprestaties of een goed onderbouwd plan van aanpak. Hoe beter de koppeling met de bedoeling van de opdracht, hoe groter de kans dat kwaliteit ook daadwerkelijk meeweegt.

3. “We kijken naar de total cost of ownership”

Steeds meer organisaties willen verder kijken dan alleen de aanschafprijs. En terecht: onderhoud, energieverbruik en afvoer zijn minstens zo belangrijk. Toch vraagt dat inzicht, data en samenwerking. Levenscycluskosten meenemen betekent keuzes durven maken: liever een duurder product met lagere exploitatiekosten dan andersom. Het vraagt in sommige gevallen om een iets langere adem, maar leidt vaak tot een beter resultaat over de hele looptijd.

4. “Onze inkoop is strategisch”

Dat is het in feite ook, alleen wordt het niet vanzelf strategisch omdat we het zeggen. Het vraagt om positie, data en verbinding met de organisatie. Het inkoopvolwassenheidsmodel laat zien dat inkoop pas strategisch wordt als het beleid beïnvloedt, informatie levert voor besluitvorming en zichtbaar bijdraagt aan de organisatiedoelen. Die ontwikkeling vraagt tijd, maar de trend is positief: steeds meer organisaties groeien van procesgerichte naar resultaatgerichte inkoop.

5. “We werken duurzaam en sociaal”

Duurzaam inkopen is allang geen bijzaak meer, maar een integraal onderdeel van professioneel opdrachtgeverschap. De uitdaging ligt in de uitvoering: hoe maken we duurzaamheid meetbaar én aantoonbaar? Het gaat niet alleen om KPI’s en contractafspraken, maar vooral om het verankeren van duurzaamheid in de hele inkoopketen. Denk aan vroegtijdige betrokkenheid van duurzaamheidsadviseurs, het selecteren van leveranciers met bewezen impact en het structureel monitoren van resultaten. Zo wordt duurzaamheid niet iets wat we afvinken, maar een doorlopend onderdeel van hoe we inkopen.

6. “We willen meer MKB-betrokkenheid.”

Een gezonde markt is een diverse markt. Kleinere ondernemingen brengen vaak wendbaarheid, innovatie en lokale kennis mee. Toch lukt het niet altijd om ze te bereiken. Een goed onderhouden, openbaar gepubliceerde aanbestedingskalender helpt: ondernemers weten wat eraan komt en kunnen zich voorbereiden. Ook opdelen in percelen en proportionele eisen zijn effectieve instrumenten. Daarnaast kan het helpen om cursussen of kennissessies te organiseren waarmee MKB-bedrijven leren hoe ze succesvol kunnen inschrijven. Zo wordt MKB-betrokkenheid geen wens, maar een vanzelfsprekend gevolg van slim plannen en organiseren.

7. “We kiezen voor innovatie.”

Innovatie is waar publieke inkoop écht waarde kan toevoegen. Functionele eisen, dus het beschrijven van wat je wilt bereiken en niet hoe, geven leveranciers de ruimte om met nieuwe oplossingen te komen. Het vraagt vertrouwen en een open houding, maar het kan verrassende oplossingen opleveren. Innovatie hoeft niet altijd groot en complex te zijn; ook kleine verbeteringen in dienstverlening, materiaalgebruik of logistiek maken verschil.

8. “We werken samen met de marktpartijen.”

Dat is precies de richting waar publieke inkoop naartoe beweegt. Niet alleen vóór, maar ook ná de gunning. Goed contractmanagement vormt daarbij de sleutel. Door regelmatig overleg, duidelijke prestatie-indicatoren en ruimte voor aanpassing ontstaat een partnerschap dat verder gaat dan controle. Relationeel contracteren, het sturen op resultaat én relatie,  zorgt dat beide partijen beter presteren.

9. “We maken het niet onnodig complex.”

Iedereen wil eenvoud, maar regelgeving en zorgvuldigheid maken het soms lastig. Toch blijkt: wie zijn processen goed op orde heeft, kan het wél eenvoudig houden. Een duidelijke aanbestedingsstrategie, standaardformats en interne afstemming helpen enorm. Complexiteit verdwijnt als voorbereiding, proportionaliteit en vertrouwen het uitgangspunt zijn.

10. “We zoeken de beste prijs-kwaliteitverhouding.”

De balans tussen prijs en kwaliteit blijft het hart van het vak. De kunst is om kwaliteit écht een stem te geven in de beoordeling. Dat begint met duidelijke criteria, een transparant rekenmodel en goed voorbereide beoordelaars. Als opdrachtgevers uitleggen hoe ze tot hun gunning komen, begrijpen leveranciers beter waar de waarde ligt en stijgt de kwaliteit van inschrijvingen vanzelf.


Uiteindelijk zeggen inkoopcliché ’s iets over wat we willen bereiken: meer dialoog, meer kwaliteit, meer impact. Door ze niet weg te wuiven, maar serieus te vertalen naar concreet handelen, versterken we de geloofwaardigheid van het vak.
En dat hoeft niemand alleen te doen.

Professionele inkoop vraagt om tijd, kennis en continu ontwikkelen. Daar kunnen onze HIPpers het verschil maken. We brengen ervaring mee, stroomlijnen processen en helpen organisaties groeien in volwassenheid.

Vragen of sparren? Mail gerust naar info@hollandinkoopprofessionals.nl.


Meer verhalen